Tuinsuccessen en missers 2020

Nu we weer aan het begin van een nieuw tuinierseizoen staan, is het voor mij logisch om de balans van afgelopen jaar op te maken. Wat ging er goed, wat kon er beter en wat was gewoon een regelrechte ramp. Het doel van dit alles is natuurlijk er van te leren voor komende seizoenen.

Over het algemeen kan ik gelukkig zeggen dat het een heel goed jaar was. We hebben nog nooit zoveel voedsel geteeld als afgelopen jaar. En dat alles zonder gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen en meststoffen.

Dat wil natuurlijk niet zeggen dat alles een succes was. Ik denk ook niet dat dat haalbaar is in een tuin. Er zijn zoveel factoren die je niet (volledig) in de hand hebt, maar waar je wel van afhankelijk bent als tuinier. Wind, regen, zonlicht, temperatuur, kwaliteit van het zaaigoed en tijd. Allemaal dingen waar we afgelopen jaar mee te maken hebben gehad.

20200525_161601

Zo kwamen afgelopen voorjaar de wortelen en zaaiuien niet op, omdat de grond waarin ik ze had gezaaid, te droog was, ondanks de compost. We hebben het wortelbed geregeld beregend, maar de wind droogde het bed binnen een paar uur weer op. Als je dan bedenkt dat het ongeveer 14 tot 28 dagen duurt voordat je de eerste kiempjes boven de grond ziet, is het onbegonnen werk om de grond constant vochtig te willen houden.

Nu het langlopende gemiddelde laat zien dat onze voorjaars inderdaad droger zijn dan vroeger, zullen we hier toch een oplossing voor moeten vinden. Komend jaar zullen we daarom na het zaaien en inwateren van de zaden het bed gelijk afdekken met een vliesdeken, dezelfde als die we gebruiken als vorstbescherming. Als de zaden dan goed opgekomen zijn, kan het vlies weer verwijderd worden. Ook willen we een deel van de zaden iets dieper zaaien, bij wijze van experiment. Normaal zaai je die, vooral in zwaardere gronden, vrij oppervlakkig, maar ik denk dat de bodem luchtig genoeg is om iets dieper te zaaien.

Die wind in het voorjaar heeft ook veel onkruidzaden de tuin in geblazen. Hier hebben we het hele jaar ‘plezier’ van gehad. De zelfoogsttuin ligt redelijk beschut. Alleen de oostenwind heeft goed toegang tot de tuin. Normaal is dat geen probleem, aangezien we eigenlijk alleen laat in de herfst en ’s winters een harde oostenwind hebben. Afgelopen jaar was dus anders. De tuin was dus zeker niet onkruidvrij, maar omdat de bodem erg luchtig is door alle compost zijn de ongewenste planten eenvoudig met wortel en al uit te trekken. Kleine troost…

Na het droge, winderige voorjaar steeg de temperatuur vrij snel. Het gevolg was dat de andijvie doorschoot voor er daadwerkelijk kroppen gevormd waren. De sla kiemde niet meer, waardoor we een groot deel van de zomer zonder sla hebben gezeten. De watermeloen- en pompoenplanten deden het daarentegen super! Zelfs zo goed dat ik moeite had ze in bedwang te houden. Volgend jaar krijgen ze een apart veld waar ze naar hartenlust alle kanten mogen opgroeien.

De tomaten buiten deden het super! De tomaten in de kas wat minder. Waarschijnlijk was er te weinig licht in de kas door overgroeiende takken. Voordat ik dat door had, was het al juli en eigenlijk niet meer de tijd om te snoeien. Volgend jaar hoop ik de tomaten weer buiten onder een afdak te verbouwen.

Aardappelen

De aardappels hebben we voor het eerst aangeaard met stro in plaats van aarde. Dat was een groot succes! De grond eronder bleef vochtig ook in de droge periodes en de aardappelen bleven gezond. We hadden een super grote oogst!

Waar ik vooral blij mee ben, is dat we geen plagen of ziektes in de gewassen hebben gehad. Ik ben wel veel potentiële plaagdieren, zoals slakken, ritnaalden en woelmuizen, tegengekomen, maar die hebben niet voor zoveel overlast gezorgd dat er gewassen uitvielen. Alhoewel de woelmuizen tegen het eind van het seizoen wel vervelend werden doordat ze aan de bieten begonnen te knagen. Ik heb helaas nog geen afdoende maatregel tegen hen gevonden. Er is echter goede hoop dat we dit jaar een nest kerkuilen op het erf krijgen. Die zullen ons komend jaar helpen de muizenpopulatie in toom te houden. Ook de vossen, valken en reigers doen hun best.

Wat zij doen voor de muizen, doen de padden voor de slakken. Daarvan ben ik afgelopen jaar ook meerdere tegengekomen in de tuin. Hoewel ik elke keer weer rillingen krijg van die beestjes, ben ik toch blij dat ze er zijn.

Kortom: het was een goed jaar, maar er is zeker nog ruimte voor verbetering! Gelukkig maar, anders zou tuinieren misschien nog saai worden.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: